Meppel - In 2050 moeten alle bestaande gasaansluitingen in Nederland zijn verdwenen. In Meppel hebben of krijgen alle bestaande wijken daarom een warmteplan. In dat plan staat beschreven hoe de wijk de overstap maakt naar aardgasvrij. Nieuwbouwprojecten in Nederland worden sinds 2018 niet meer op het aardgasnet aangesloten. In de zoektocht naar duurzame warmteoplossingen, komen warmtenetten steeds vaker naar voren als een veelbelovende optie.
Maar welke opties zijn er nog meer en hoe maak je de beste afweging? En wat zijn warmtenetten precies, hoe kunnen ze bijdragen aan een duurzamere toekomst en hoe blijft warmte betaalbaar? Robin van Ulzen, wethouder van gemeente Meppel: "Een ding is zeker: onze warmtesystemen moeten toekomstbestendig zijn!”
Voor binnenstedelijke nieuwbouwprojecten, zoals Noordpoort, wordt momenteel onderzoek gedaan naar de opties voor warmte. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar de technische haalbaarheid, maar ook naar de kosten en voordelen voor zowel de bewoners als de gemeente. Robin van Ulzen: “We zoeken hierin nadrukkelijk naar nieuwe, innovatieve en betrouwbare oplossingen en samenwerkingen.” De pijlen zijn momenteel gericht op het aanleggen van een warmtenet. Het gebruik van restwarmte van de naastgelegen rioolwaterzuiveringsinstallatie van Waterschap Drents Overijsselse Delta is voor Noordpoort hierbij een optie. Miranda Wesselink, lid van het Dagelijks Bestuur van het waterschap, ziet kansen in een mogelijke samenwerking. “Wij doen ons werk voor dezelfde inwoners van Meppel als de gemeente. Waarom zou je elkaar niet helpen? We zijn het nog aan het onderzoeken, maar we zien mooie kansen.”
Een RWZI (rioolwaterzuiveringsinstallatie) zuivert niet alleen water, maar levert ook grondstoffen en energie op. “Met een deel van onze restwarmte kunnen wij de gemeente helpen. De gemeente kan ons op hun beurt ook weer helpen. Bijvoorbeeld door het regenwater niet af te voeren via het riool. Dat is schoon water dat niet gezuiverd hoeft te worden. Dit scheelt een enorme hoeveelheid water dat door onze zuivering gaat," vervolgt Wesselink. “En dat betekent weer dat we langer met deze installatie kunnen werken, en dat we meer huizen kunnen aansluiten zonder dat we moeten uitbreiden. Dat scheelt geld, ruimte en energie.”
Maar wat is een warmtenet precies? Een warmtenet is een leidingnetwerk onder de grond waarmee warmte en koeling via water wordt vervoerd naar gebouwen. Er is voor warm water een pijpleiding voor de aan- en afvoer en voor koud water ook. Vier leidingen in totaal dus. Er zijn ook systemen waarbij drie pijpleidingen worden aangelegd. Bij zo'n systeem wordt het koelwater én het verwarmingswater via dezelfde leiding teruggestuurd. Hierdoor is er dus meer energie nodig om het water weer op de juiste temperatuur te krijgen.
Voor de warmtebron zijn er verschillende opties, afhankelijk van aanwezige bronnen in de buurt. Een voorbeeld van een bron is Thermische Energie uit Oppervlaktewater (TEO). Hierbij wordt warmte uit oppervlaktewater, zoals het Meppelerdiep, gebruikt om gebouwen te verwarmen. Een andere optie is Warmte-Koude Opslag (WKO). In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, is een WKO niet alleen voor opslag, maar ook een bron van energie. In de zomer wordt warmte uit gebouwen gehaald en opgeslagen in de grond, meestal in een waterhoudende laag (aquifer). De warmte die uit gebouwen wordt gehaald, is afkomstig van bijvoorbeeld de zon, elektrische apparaten en verlichting.
In de winter wordt warmte uit het opgepompte grondwater van de warme bron gehaald om gebouwen te verwarmen. In de zomer wordt het koude water uit de koude bron opgepompt voor koeling.
In buitengebieden is het vaak logischer om individuele oplossingen te gebruiken, zoals warmtepompen, eventueel gecombineerd met zonneboilers. In stedelijke gebieden zijn collectieve voorzieningen ook een goede optie.
Terug naar de situatie in Meppel. De lengte van de buizen bepalen grotendeels verlies van warmte. Hoe korter de buis, hoe meer de warmte kan worden benut. In Noordpoort worden 1000 woningen gerealiseerd op 18 hectare grond. Robin van Ulzen: “Daarmee is Noordpoort bij uitstek geschikt voor een warmtenet. Het geeft inwoners een fijne en betrouwbare manier om hun huis te verwarmen.” Ontwikkelaar Erik Schot van Blue Banner RED beaamt dit. Hij heeft plannen voor de ontwikkeling van de Scheepswerf in Noordpoort. “Er zullen in dat deel van Noordpoort ongeveer 400 woningen komen. En wil je echt grote, binnenstedelijke ontwikkelingen doen, dan is een warmtenet wel erg efficiënt en rendabel.”
Weinig verlies van warmte dus. Maar is het ook financieel de beste optie? Voor Erik Schot staat dat buiten kijf. “Het is een verantwoorde investering voor ons als ontwikkelaar, maar ook voor de koper. Dat is voor ons ontzettend belangrijk.” Warmtenetten vragen over het algemeen minder elektriciteit dan individuele warmtepompen voor elke woning of warmteoplossingen per gebouw. Dit betekent dat de piekbelasting op het elektriciteitsnet lager is, wat helpt om netcongestie te verminderen. “Het zou bovendien betekenen dat alle daken bomvol warmtepompen liggen. Dure installaties die veel energie kosten en veel geluidsoverlast geven. En na een jaar of 15 komt het einde van de levensduur van een warmtepomp in zicht. Je zadelt de koper dus ook op met de onderhouds- en vervangingskosten.
Miranda Wesselink: “Wat we zien in de berekeningen, is dat de hoeveelheid restwarmte fors is. We kijken naar wat we nodig hebben voor toekomstige ontwikkelingen en wat er aan restwarmte beschikbaar is.” Dat biedt mogelijk meer kansen dan alleen het verwarmen van woningen in Noordpoort.
Robin van Ulzen: “We zijn in gesprek met de woningbouwcoöperaties in Meppel. Wat een mooie ontwikkeling kan zijn, is als we in het warmteplan voor Noordpoort de omliggende wijk, waar ook sociale woningen zijn, kunnen meenemen met het warmtenet.” Bestaande woningen ook aankoppelen op het warmtenet dus. “Coöperaties moeten dan wel middelen hebben om de woningen te isoleren. Een bijdrage van het Rijk, in welke vorm dan ook, zou dat een stuk kansrijker maken.”
Bron: Gemeente Meppel