Eerste kinderwagen van prinses Beatrix is gemaakt in Meppel
Het is vandaag de verjaardag van prinses Beatrix. Ze wordt 84 jaar. Haar eerste rondjes in de paleistuin heeft ze echter gereden in een kinderwagen gemaakt in Meppel.
Prinses Beatrix was van 30 april 1980 tot en met 30 april 2013 koningin van Nederland. Ze is geboren op paleis Soestdijk, op 31 januari 1938. De kinderwagen die Beatrix in 1938 gebruikt, bestaat voor de meerderheid uit riet.
De kinderwagen komt uit de kinderwagenfabriek Van Werven, opgericht door Marinus van Werven in 1923. Er werken in het begin negen mensen in de kinderwagenfabriek. Marinus begon in een klein pakhuis aan de Grote Kerkstraat in Meppel, maar verplaatst de fabriek al snel naar de Groenmarkt. Binnen een paar jaar is het ook daar te klein en wordt er een nieuwe fabriek gebouwd aan de Kraton.
Het gaat al snel goed met de fabriek. Als de bestelling voor Beatrix binnenkomt, ruikt de fabriek kansen. Er komt een reclamestunt. De fabriek geeft 50 kinderwagens voor gratis weg aan baby's die op dezelfde dag als Beatrix zijn geboren. Minimaal een van die kinderwagens is terechtgekomen bij een gezin in Meppel. In die jaren is de fabriek uitgebreid en werken er zo'n 30 mensen in de fabriek.
Prijs
Kinderwagens waren in die tijd aardig prijzig. Hoeveel het Koninklijk Huis heeft betaald voor de kinderwagen van Beatrix is niet bekend. "De archieven zijn alleen beschikbaar voor onderzoek voor zover ze dateren van vóór 1934", laat de Rijksvoorlichtingsdienst weten. Marianne Elsinga, van het Nostalgische kinder- en poppenwagenmuseum in Uffelte, zegt dat de kinderwagens niet zo heel veel waard zijn. "Klinkt misschien raar, maar het is maar net wat een gek ervoor geeft."
In een verkoopboek uit de jaren veertig staan prijzen bij kinderwagens. "Het ging toen om prijzen van ongeveer 150 gulden. Met de optie om die in maandelijkse termijnen te betalen." Met de inflatie meegerekend uit die tijd, staat dat tegenwoordig gelijk aan 1591 euro.
Fabriek in de oorlog
Tijdens de Tweede Wereldoorlog gaat het steeds minder met de fabriek. Werknemers moeten in Duitsland gaan werken en grondstoffen raken schaars. In 1943 moet de productie van nieuwe kinderwagens op last van de Duitsers stilgelegd worden. Wel blijven er reparatiewerkzaamheden uitgevoerd worden aan kinderwagens. Ook worden dan de laatste werknemers naar Duitsland vervoerd om daar te gaan werken.
Sommige werknemers keren na de oorlog niet meer terug uit Duitsland. De fabriek bloeit na de oorlog weer helemaal op. Er komt opnieuw een bestelling van het Koninklijk Huis binnen. Deze keer voor prinses Marijke, geboren in 1947. Als dank voor de kinderwagen stuurt het Koninklijk Huis een foto naar de fabriek. Daarop staan de prinsessen Beatrix, Irene en Margriet om de kinderwagen waar prinses Marijke inligt.
Hoogtepunt
Een jaar later werken er 35 mensen in de fabriek. In 1957 geeft Marinus het stokje van de fabriek over aan een van zijn zoons en vindt er een vergroting van de fabriek plaats. Er kunnen nu 60 mensen aan de slag.
Het is ook meteen het hoogtepunt van de fabriek. Daarna komt de verval erin. De concurrentie uit Oostbloklanden blijkt moordend te zijn en de fabriek moet meerdere keren bezuinigen. In 1970 sluit de fabriek. Daar is nu niets meer van over. De Bekinkbaan is aangelegd op de plek van de fabriek.
